Exoten – met een ‘M’ en ‘N’

Mangistan

Unicode
Mangistan  (Garcinia mangostana L.)     fam Guttiferae  1014/983/

Naamgeving
Mangistan is bekend onder de volgende namen:
Nederlands:mangistan, mangostan
Duits: Mangostone,Manggis
Frans: Mangostan, mangoustan
Spaans: Mangostan,Manggis,mangostán, mangustán
Portugees: Mangostão
Engels:  Mangosteen
Thai:  Mangkut
Maleisie: Manggis
Indonesie:  Manggis
Filipijnen :  Manggis

Familie
De mangistan behoort tot de familie van Guttiferae en wordt wel de ‘koningin’ van de vruchten genoemd, , vanwege de zeer fijne smaak.
De mangistans groeien aan 12 tot 15 m hoge bomen. De teelt van deze tropische vruchten is erg moeilijk, ze zijn veeleisend en dragen pas na 8 tot 15 jaar vruchten.

Herkomst
De mangistan stamt uit Maleisië het eilanden rijk in Zuidoost Azië . De vrucht is in Nederland relatief nieuw op de markt. Een vrucht met 4 tot 8 stempeldelen. Een vrucht met 4 stempeldelen brengt in Indonesië geluk.
Er zijn mannelijke en vrouwelijke bomen. De boom heeft een heet, nat klimaat nodig. Het zaad is slechts kort kiemkrachtig en vegetatieve vermeerdering is moeilijk.
Gedurende de eerste jaren na planten sterft nog een groot percentage van de planten.
De mangistan boom behoort tot de familie Guttiferae en het geslacht Garcinia. Zeker 180 eetbare soorten van dit geslacht zijn bekend in Zuidoost Azië en Afrika.
Internationaal zijn er slechts twee soorten van betekenis, dat zijn de Mangistan en de Moendoe ( Garcinia dulcis)

Uiterlijke kenmerken
De vrucht is een donkerpaarse ronde bes van 5-10 cm doorsnede, met een dikke vezelige schil. Bij het steeltje zitten vier verdroogde kelkbladeren en aan de onderkant 4-8 zogenaamde stempeldelen. De vrucht bevat 4 tot 8 witte stukjes vruchtvlees.
De mangistan is een bes ter grootte van een kleine sinaasappel. De vrucht heeft een bruinpaarse kleur. Bij de steelaanzet zitten vier verdroogde kelkbladeren. Aan de onderzijde van de vrucht zitten 4 tot 8 meegegroeide stempeldelen. De hoeveelheid stempeldelen is gelijk aan het aantal vruchtvleespartjes. Meestal zitten er 5, 6 of 7 stempeldelen onderaan de vrucht. Een vrucht met 4 stempeldelen brengt geluk (in Indonesië), net als bij ons het klavertje vier. De schil is leerachtig, glad en dik.

Consumptie en toepassing
Het vruchtvlees doet iets stroperig aan. Soms kan een partje twee pitten bevatten. De smaak is fris zuurzoet en doet denken aan een combinatie van aardbeien en druiven. Het vruchtvlees smelt als het ware op de tong. De voedingswaarde van de mangistan is nog niet helemaal bekend. Bekend is wel dat de vrucht veel vitamine C bevat. De schil van de mangistan bevat veel tannine. Uit de schil wordt sap geperst, dat in het Verre Oosten wordt gebruikt voor het looien van leer. En voor het batikken van stoffen.
De schildikte is ongeveer 1 centimeter. Om de schil door te snijden is een mes nodig met een zaagsnede. De partjes zitten aan elkaar als bij een mandarijn. De partjes zijn parelwit van kleur en verschillend van grootte.
De vrucht wordt veel gebruikt als tafelfruit. Uiteraard zijn er diverse mogelijkheden met mangistan in desserts, gebak en groente- en fruitsalades. De witte partjes geven een verrassend effect als ze gecombineerd worden met fel gekleurde vruchten en groenten.
De vruchten worden eetrijp geoogst en worden vers gegeten. De verse vruchten zijn kwetsbaar. Als de vruchten vallen gaat het vruchtvlees snel rotten.
De fijne fris zoete smaak van het vruchtvlees komt overeen met die van druiven, ananas of rijpe perziken. De grootste vruchten smaken het best.
Vanwege deze uitmuntende zeer fijne zachte smaak van het vruchtvlees wordt deze vrucht wel “de koningin van de vruchten” genoemd.

Voedingswaarde
Voedingswaarde per 100 grarn:
Water: 80 %
Koolhydraten en suikers: 19 %
Vit A: 14   I.E. .
Vit.C: 66 mg.
Vit. B1 0.0 3 mg
Vit. B2 0.0 3 mg
IJzer 1.0 mg
Energie: 340 kjoules
Calcium 7.0 mg

Jaarrond aanvoer
Aanvoer in mei tot november voornamelijk uit Thailand, Maleisië en Filippijnen.
Aanvoer in november tot mei voornamelijk uit Brazilië en landen in Midden Amerika.

Bewaaromstandigheden
Na de oogst worden de eetrijpe vruchten meteen gekoeld bij een temperatuur van 4 – 6°C en een RV van ca 90%. Onder deze omstandigheden kan de mangistan ca 7 weken worden bewaard. Bij een lage RV verhout de wand zich.
Uit een onderzoek naar de bewaarbaarheid van Mangistan in India komt met het volgende
advies:  tussen 3.5° C  en 5.7 ° C en bij een RV van 85% tot 90% is zonder kwaliteitsverlies
tot  45 dagen te bewaren.
Bij de detailhandel kan de vrucht gepresenteerd worden bij 8 – 10°C en een RV van 85 – 90%. De houdbaarheid is ca 1 week.

Malabar Spinazie

Basella alba en rubra Basellaceae
Nederlands : Malabar Spinazie . Ceylon Spinazie , Basella , Klimspinazie
Engels : Ceylon spinach, Climbing spinach
Duits : Malabarspinat, Indischer grüne Spinat
Frans : Epinard de Malabar , Baselle blanche
Spaans : Epinaca de Malabar, Epinaca China
Italiaans : Basella bianca/rossa
Ook bekend als : saansoy en luo kai ( Chinees), tsuru murasa kai (Japans) ,Mong toi (Vietnamees ), paag-prung ( Thais) ,gandola en genjerot (Indonesisch )

Deze keer een wat minder bekende groenten. De Malabar spinazie , hoewel de naam doet vermoeden is dit bladgewas géén familie van de ons bekende spinazie ( Spinacia oleracea L.)

Van oorsprong komt de Malabar spinazie , ook bekend als Basella, uit de tropisch warme streken in zuidelijk Azië, vooral India, Sri Lanka (Ceylon) en Bangladesh. Van daaruit Maleisië, Vietnam, de Filippijnen, (Indonesië) en China. En van daar is de oversteek gemaakt naar Afrika, de Caraïben en Zuid-Amerika.

De plant vormt ranken als een wijnstok en deze kunnen tot 10 meter lang worden . Het blad wordt in de tropen handmatig geplukt en opgebost, dit om vochtverlies te beperken .

Het is Carl von Linné die in 1753 de Malabar spinazie zijn wetenschappelijke naam gaf .

Basella alba L. uit de familie van de Basellaceae
Malabar-spinazie wordt in de tropen als een vaste plant en in warmere gematigde regio’s als eenjarig gewas gekweekt. Er zijn twee hoofdsoorten Malabar-spinazie: Basella alba, met groene stengels en dikke vlezige bladeren, en Basella rubra met rode stengels. De wat slijmachtige textuur is vooral nuttig als verdikkingsmiddel in soepen en stoofschotels. De jonge bladeren worden gekookt gegeten als spinazie. In de Aziatische keuken veel verwerkt in stevige soep .

De teelt in Nederland en België is nog beperkt . Het is een teelt voor specialisten net als de verkoop door de gespecialiseerde groothandel en detaillisten . Bij toko’s , natuurwinkels en op bio markten wordt de Malabar spinazie in het seisoen verkocht . Het is een populaire groenten bij de aziatische volkstuinders . Zelfs bij de tuincentra kom je de Basella tegen ,maar dan als kamerplant .

Naar mate de temperatuur lager is, groeit ze trager. Reken in ons klimaat op een meter of twee. Een beetje zoals stokbonen. De start is traag, maar zo ongeveer in juli, als het goed warm wordt, gaat malabar spinazie ‘als een speer’. Naast de teelt in Nederland en België is er beperkte aanbod uit Zuid Europa .

In de natuurgeneeswijze en volksgeneeskunde wordt de Basella/ Malabar spinazie aangewend ter bestrijding van maagpijn en constipatie. In Kenia worden zwellingen bestreden met Basella blad net als bij acné . De kleine paars- rode vruchten van de plant geeft een rode kleurstof af die o.a. gebruikt wordt als kleurstof in de voedingsindustrie maar ook in cosmetica . Dat de Malabar spinazie gezond is blijkt wel uit de lijst van voedingswaarde .

Opslag bij 2° C. en RV va
Energie 79 kj ( 19 kcal)
Koolhydraat 3,4 g
Vet 0,3 g
Eiwit 1,8 g
Vit. A 400 µg
Vit. B2 0,155 mg
Vit. B6 0,24 mg
Vit. C 102 mg
Calcium 109 mg
IJzer 1,2 mg
Magnesium 65 mg
Kalium 510 mgn 90% ca. 5 dagen .

Voedingswaarde per 100 gram rauw product
Energie 79 kj ( 19 kcal)
Koolhydraat 3,4 g
Vet 0,3 g
Eiwit 1,8 g
Vit. A 400 µg
Vit. B2 0,155 mg
Vit. B6 0,24 mg
Vit. C 102 mg
Calcium 109 mg
IJzer 1,2 mg
Magnesium 65 mg
Kalium 510 mg

Mispel

P1020460 Mispel-©

Mispel (Mispilus germanica) fam. Rosaceae

Frans: Néfle
Duits:Mispel
Engels: Medlar
Italiaans:Nespola
Portugees:Nêspera
Deens,Noors,Zweeds:Mispel
Fins:Mispeli
Russisch: Musmula germanskaya
Pools : Niesplik
Servo-Kroaties : Mušmula mešpola
Roemeens: Mosmon
Bulgaars :Moushmoula
Turks : Musmula
Hebreews : Sheseq germani
Persisch : Ãlu’i dashti – Asgiel
Japans : Seiyõkarin

Familie
Mispel behoort tot de familie van de Rosaceae of wel roosachtige. Deze familie heeft meer dan 3500 soorten. Bekende Europese fruitsoorten van de Rosaceae zijn o.a.: appel, peer, pruim, kers, en perzik. Van deze soorten zijn inmiddels vele, vele rassen ontwikkelt.
Daarnaast zijn er nog een aantal minder bekende soorten met eetbare vruchten zoals: kweepeer, rozenbottel, ikakopruim, Japanse wijnbes, loganbes, loquat en de mispel.
De Loquats of Japanse Mispel ( Eribotrya japonica), wordt helaas vaak verward met de hier beschreven Mispel.

Herkomst
De mispel is vanuit Voor-Azië via Zuidoost-Europa in de huidige productielanden, Griekenland, Italië, Frankrijk, Duitsland, België en Nederland terecht gekomen.
De mispelvrucht wordt al eeuwenlang verzameld, gekweekt gegeten en verwerkt. In Nederland is hij vanwege uiterlijk en smaak uit de gratie van de consument geraakt. Het gezegde “Zo rot als een mispel” heeft daar ook wel een beetje aan meegewerkt.

Uiterlijke kenmerken
Zo Rot als een mispel??
De Mispel is een wat afwijkende vrucht in de groentewinkel. Voornamelijk verkrijgbaar in de herfst en begin winter.De boom lijkt op een perenboom met grof blad, maar geeft opvallende roestbruine vruchten.De boom vormt grillige takken en is zelfs zonder blad een lust voor het oog.
De mispel groeit aan middelhoge bomen. In de vrucht zitten 5 harde/steenachtige zaden, die niet eetbaar zijn. De bovenkant van de vrucht is hol en hierin bevinden zicht nog de restanten van de 5 kelkbladeren.
Roest- tot donkerbruine, enigszins afgeplatte vrucht,. Aan de afgeplatte, open onderzijde bevinden zich de restanten van de vijf kelkbladeren van de bloem. De schil is tamelijk hard en voelt ruw aan; de vrucht bevat 5 steenachtige pitten(zaden) zodat de hoeveelheid vruchtvlees gering is. De smaak is aangenaam kruidig en vaak nogal zuur. Vruchten die in subtropische gebieden rijp van de boom komen zijn aanmerkelijk zoeter dan de vruchten die in Nederland geoogst worden.
Deze zijn vaak kruidig zoet met een kaneelaroma.
De wilde boomvorm van de mispel heeft meestal dorens, de cultivar doet het zonder.

Consumptie en toepassing
In het rijpheidstadium is de vrucht zacht (= “rot”) en tevens volledig op smaak. Deze is dan aangenaam kruidig tot flauwzoet.
In het plukrijpe stadium is de vrucht hard en smaakt erg zuur.
In tegenstelling tot wat soms wordt beweerd, hoeven mispels niet rot te zijn alvorens ze geschikt zijn voor (verse) consumptie.
Wel zijn ze vaak nog hard en moeten door narijpen (of door vorst) zacht worden. Meestal worden ze, na wassen, koken (met suiker) en zeven verwerkt tot jam, gelei of moes.
Laat de vruchten tot de winter aan de boom hangen Na de oogst op een koele, droge plaats bewaren tot ze zacht worden. Het rauwe vruchtvlees was vroeger in trek, vermengd met likeur en room. De smaak van het vruchtvlees is friszuur, met soms een wat bittere nasmaak.
Mispels werken sterk laxerend. Eet er niet te veel (van), want u kunt er duizelig van worden. Mispels verlichten menstruatiepijn.
Alle recepten voor Kweeperen zijn ook te gebruiken met Mispel of een mix van beide.
De Mispel bevat een hoog Tannine gehalte.

Murta- Murtilla

Murta ( Ugni molinae syn. Myrtus ungi syn. Eugenia ugni ) Myrtaceae

In de taal van de Mapuche indianen in Chili is het Uñi

Chileens: Murta , Murtilla, Murta Blanca, Tautau,

Nederlands: Murta , Murtilla , Chileense guave

Duits: Chilenische Guave

Spaans : Murta , Murtilla

Frans ; Goyavier du Chili ,

Engels : Strawberry myrtle, Chilean guave

Nieuw Zeeland : Ugniberry ® , New Zealand cranberry, NZ Cranberry ®

Australië : Tazziberry ® Tas Myrtus Berry ,

De Murta is oorspronkelijk thuis in het zuiden van Chili en Argentinië.

Deze toch wel bijzondere vrucht is voor het eerst beschreven in 1782 door Juan Ignacio Molina,een Chileense Jezuïet priester die als naturalist,botanicus en historicus veel bomen en planten in Chili voor het eerst heeft beschreven. Wanneer de Engelsman William Lobb , botanicus en plantenverzamelaar in 1844 enkele planten en zaden mee neemt naar Cornwall in zuid west Engeland ,komt daar een levendige handel en dus verspreiding op gang . Naar verluidt , was het Koningin Victoria die deze vruchten zéér wist te waarderen . Dat de vruchten nu niet algemeen bekend zijn in Europa komt voornamelijk door de onbekendheid met de juiste teelt methoden .

Ook het oogsten is nog een probleem dit moet met de hand gedaan worden.

Als siergewas met de naam “Ugniberry “ soms in tuincentra te koop. In Australië en Tasmanië is de teelt van de Murta, voor het fruit ,sinds 1990 sterk in opkomst.

Met in gedachten het succes van de Kiwi in Nieuw-Zeeland is de Tas(maanse ) Myrtus Berry , voorzien van een handelsnaam : Tazziberry ®. Ook in Zuid Europa is belangstelling voor de teelt .

Door veredeling en selectie wordt er gewerkt aan nieuwe rassen .

Een belangrijk deel van de oogst van Australië , Tasmanië en Nieuw Zeeland gaat naar de verwerkende foodindustrie . Naast de afzet in eigen land is Japan een goede afnemer van de verse Murta .

Ook in Nederland is de Murta soms vers te koop.

Met de juiste rassen is de Murta ook in Nederland te telen , waar Kiwibes kan moet de Murta ook in Nederland te telen zijn .

Gebruik door de consument .

De vruchten groeien aan struiken die tussen de 50 cm tot 1,70 cm groot worden . Na het tweede oogstjaar geven de struiken volop fruit.

De bessen zijn paars-rood van kleur en 1 tot 2 cm in doorsnee. Het vruchtvlees is crème wit of rosé en bevat enkele kleine zaden die gewoon eetbaar zijn . Over de smaak lopen de meningen ver uiteen , maar een ieder die deze vruchten vers heeft geproefd zegt, : heerlijk aroma smakelijk zoet met een frisse nasmaak. Omschrijvingen van Bosaardbeien, kauwgom tot Guave en van bosbessen ,bramen ,ananas ,appel tot mango .Eigenlijk alle fruitsmaken kun je hierin terug vinden .

De Murta kent inmiddels veel gebruiksmogelijkheden zoals vers eten ,het sap puur of gemengd met ander fruit vers drinken .

Het sap gebruiken voor de bereiding van Murta IJs . Fruit is erg lekker en kan vers of toegevoegd aan andere vruchten in desserts worden gegeten.

De gedroogde vruchten worden verwerkt tot aroma poeder of extract en wordt gebruikt om o.a. aardbei producten als, Jam ,IJs ,likeur en snoep een extra aardbeiensmaak te geven .

Chili kent de Murtado likeur dat is Brandy met rietsuiker en murta sap. In Nederland als Matador likeur te koop.

De vruchten zijn zéér goed In te vriezen , Chili levert een jaarrond de Murta als diepvries product.

Rassen en beschikbaarheid.

Nieuw Zeeland , Tasmanië , variëteit Standaard ,van half maart tot half april

Nieuw Zeeland , variëteit Sungold half februari tot half maart

Engeland : varieteit KA-POW vanaf half augustus tot eind september

Engeland : Cornwall variëteit Flambeau van begin augustus tot half september

Chili: van maart tot mei zowel de gekweekte als de bosmurta

Portugal ; Voornamelijk als potplant.

Transport en opslag temperatuur 0 º tot 2 ºC tot ca. 25 dagen.

Voor een langere periode is CA conditie nodig.

Voedingswaarde per 100 gram

Energie 302 kJ

Water 81,6

Eiwit 0.9 g

Koolhydraten 17 g

Fructose 4.7 g

Glucose 3.2 g

Sucrose 1.8 g

Maltose < 0.1 g

Lactose <0.1 g

Totaal Suikers 9.7 g

Vit. C 7.95 mg

Nangka

Nangka kit-©

Unicode

Nangka – Jackfruit (Artocarpus heterophyllus) fam.  Moraceae/1015/983/

Naamgeving
Nederlands:Jackfruit,Nangka
Engels: Jackfruit,Jak
Duits:Jackfrucht
Frans:Jacque
Spaans: Jaca
Portugees: Jaca
Thai: Kha-nun, Khanun , Khnor
Maleisie: Nangka
Indonesie: Nangka
Filipijnen: Langka
Hindostaans: moelki katahar

Familie
De Nangka of Jackfruit is afkomstig uit de familie van de moerbeiachtige, met als algemene eigenschap van deze familie dat de stengels en bladeren rijk zijn aan melksap, latex genoemd.
De naam Jackfruit is afkomstig van de Maleisische naam Jaca die de Portugezen, als eerste ontdekkers van Oost Azië en Indonesië verder verspreid hebben. Nangka is de naam in Indonesië die, door ons koloniaal verleden, in Nederland algemeen is ingeburgerd .
De meeste namen zijn vaak afgeleid van inheemse namen.

Herkomst
Afkomstig uit het bergland van India en de Maleisische archipel is de Jackfruit, nu gecultiveerd in de tropische landen van Azië, Afrika en Amerika.Er is zelfs in Australië een proefproject met de Jackfruit.
De Jackfruit is familie van de Broodvrucht, en de onrijpe vruchten bevatten ook het melkwitte latex.

Uiterlijke kenmerken
De langwerpige samengestelde vrucht is geelgroen van kleur en is bezet met kleine driekantige stekels.
De jackfruit is langwerpig ovaal en kan tot 90 cm lang worden en kan tot 40 kg wegen. Op de groengeelachtige schil zitten kleine nopjes die nog verwijzen naar de verschillende vrouwelijke bloeivormen.In de jackfruit zelf zitten verschillende zaadhuizen die een 2 tot 3 cm grote zaad bevatten, omhult door sappig, zoet vruchtvlees.

Consumptie en toepassing
Het vruchtvlees is wit tot crèmekleurig en smaakt zoet en aromatisch.
De zaden van de rijpe vruchten zijn gekookt of geroosterd te vergelijken met tamme kastanjes.
Een rijpe jackfruit ruikt ook zacht onaangenaam. Het eetbare geelachtige vruchtvlees rondom de pit is zoet en smaakt zacht naar vanille. Het doet vaag aan doerian denken.

Voedingswaarde
Energie 98 kcal
Water  72 g
Eiwit  1.5 g
Vet  0.2 g
Koolhydraten 22 g
Calcium 22 mg
Vit A  540 I.E.
Vit C  10 mg

Productielanden
Het aantal landen waar de Nangka geteeld wordt, neemt nog steeds toe.
Vanuit India en Maleisië is de Nangka verspreid naar: Birma, Ceylon, Zuid China, Indonesië Filippijnen, Australië .
In Afrika zijn het Kenia en Uganda met aanplant .
In Zuid Amerika zijn het Brazilië en Suriname met een Nangka Productie.
De vruchten worden met luchtvracht naar Europa vervoerd . Bij een temperatuur van 12°C en een RV 85% – 90%

Rassen
De Nangka wordt nog niet onder rasnaam verkocht.
Van de Nangka bestaan 2 type,: t.w. Een betrekkelijk kleine vrucht ca. 8 kilo, met zacht   smeltend vruchtvlees, met een karamel smaak .Deze wordt zelden geëxporteerd naar Europa
En een type dat geschikt is voor export, met stevig vruchtvlees, aromatisch zoet, met een   kruidige nasmaak.
In India en Thailand zijn meer dan 50 verschillende variëteiten bekend.
In het tropische deel van Amerika zijn verschillende Jackfruit proefstations, die gezamenlijk meer dan 100 cultivars onderzoeken, en hiervan de beste op de markt brengen.
Ook nauw verwant aan de Jackfruit is de Champedak (Artocarpus integer)deze is echter kleiner van formaat en heeft een sterke penetrante geur.

Bewaaromstandigheden
Evenals de Broodvrucht is de Jackfruit in onrijpe vorm goed te bewaren bij + 15 °C narijpen bij 22°C . Rijpe vruchten zijn drie tot zes weken te bewaren bij 12° C. en een RV van 85 tot 95%.

Lychee

Unicode

Lychee (Litchi chinensis Sonn. Syn. Nephelium litchi Cambes) – fam. Sapindaceae

Naamgeving
Nederlands:Lychee,Litchi
Engels:Lychee,Litchi
Duits:Litchi
Frans:Litchi
Spaans:Litchi,Lechia,Lichi
Portugees:Lechia
Thai: Lin-chi
Maleisie: Laici
Indonesie: Lici,Litsi
Filipijnen: Licheas
Chinees:Lai chi,  Li -Tchi

Familie
Litchi behoort tot de familie van de Sapindaceae (zeepboomachtigen) Dit is een familie van tropische planten, bomen, klimplanten en struiken.
Tot de familie van de Sapindaceae behoren:
 Litchi  zoete vrucht met geel, rozerode dunne, gebobbelde schil. Een
grote langwerpige pit, de bekendste uit deze familie.
 Longan minder zoete vrucht dan Litchi met geelbruine dunne gladde schil.
Een grote ronde pit; minst bekend
– Rambutan minder zoete vrucht dan Litchi met kleine langwerpige pit; verse
behaarde exemplaren zijn rood van kleur met groene haren. De
schil is wat dikker en wat leerachtiger dan bij Litchi en longan.
 Kapulasan  nauw verwant aan de Litchi en Rambutan. De vrucht heeft een
gestekelde huid , die meer op wratten dan stekels lijken .Het
vruchtvlees is aromatischer dan dat van de Litchi en Rambutan. Deze
vruchten zijn inheems in Indonesië .

Herkomst
De lychee komt oorspronkelijk uit Zuid-China. De lychee werd daar in 1766 voor Christus al verbouwd onder de Shang dynastie. De lychee werd zo gewaardeerd, dat op een gegeven ogenblik zelfs belasting werd betaald in de vorm van lychees.
Li-Tchi is de vroegst gevonden naam, in het Chinees, voor deze heerlijke vruchten.
Ze komen nu vooral uit Zuidoost Azië en het zuiden van Afrika en het noorden van Australië
Thans is de Litchi verspreid over de hele subtropen

Unicode

Uiterlijke kenmerken
De lychee is een boom tot 30 meter hoog met een korte stam. De vruchten hangen aan trossen aan het uiteinde van de takken. Aan de plant vindt men tweeslachtige en eenslachtige bloemen. De lychee houdt van een klimaat met een droge koele periode. In de natte tropen groeit hij wel, maar de vruchtzetting levert problemen op. In het hoogland zijn de resultaten weer beter.
De Litchi boom is een veeleisende boom, die in subtropisch klimaat met relatief koele, droge winters groeit op een bodem met een goede waterhuishouding.
Litchi’s zijn vruchten, die in de vorm van een tros aan de litchi boom groeien. Soms wel 30 vruchten per tros. Ze hebben een doorsnede van 3 – 5 cm.
De rode, ruwe schil van de vruchten is een vrij stevig omhulsel, dat bij rijpe vruchten zich gemakkelijk laat verwijderen. Daarna komt het doorschijnend witte vruchtvlees tevoorschijn. In dit vruchtvlees zit een vrij grote langwerpige dikke donkere pit, die tamelijk gemakkelijk van het vruchtvlees loslaat.
De verse litchi’s zijn sappig en hebben een zoete frisse smaak, die lijkt op de smaak van zoete druiven, maar eigenlijk nog vele malen lekkerder. Deze overheerlijke smaak wordt niet meer aangetroffen bij litchi’s uit blik.

Consumptie en toepassing
De brosse schil van het Chinese vruchtje, laat zich gemakkelijk pellen met de vingers. De bruine pit is niet eetbaar. Wordt de vrucht als dessert gegeten, dan kan de consument rekenen op 3 litchi’s per persoon.
Daarnaast zijn er veel meer mogelijkheden met het exclusieve vruchtje.
Enkele suggesties:
– fruitsalades van litchi’s met vruchten als mango, frambozen, aardbeien, meloen en kersen;
Dessert: litchi’s overgieten met Grand Marnier en geven met slagroom.
Cadeau: geef eens een rieten mandje met litchi’s cadeau: heel bijzonder!
– litchi’s met ijs en/of slagroom;
– litchi’s in cocktails;
– litchi’s in combinatie met bittere slasoorten.

Voedingswaarde
Voedingswaarde per 100 gram:
Energie: 285-” Kj  (68 Kcal)
Eiwit: 1 gram
Koolhydraten: 16-20 gram
Water: 75-82 gram
IJzer: 0,4 mg
Calcium: 8 mg
Vit.  B2: 0,05 mg
Vit.  C: 42 mg

Productielanden
Vanuit China heeft de litchi zich verspreid over een groot aantal landen. Momenteel importeert de EU dit product uit de volgende landen:
• China, Thailand,
• Israël ,Florida
• Madagaskar (van oudsher), Zimbabwe, Mauritius en Zuid-Afrika.

Jaarrond aanvoer
Er zijn drie aanvoerpieken te onderscheiden, namelijk:
1. Vanuit Thailand, Madagaskar, Zimbabwe, Mauritius en Zuid-Afrika:
Oktober tot maart, met grootste aanvoer vanaf eind december tot en met  Februari.
2.Vanuit Israël: / Florida
Juli en augustus./ juni en juli
Naast deze twee aanvoerpieken komen er ook Litchi’s uit China waardoor het jaarrond is.
De berichten uit de markt, voorspellen een wereldwijde toename van Litchi productie.
3.Vanuit China:  Mei tot september.
Litchi’s worden niet onder rasnamen in de detailhandel verkocht. Er zijn echter wereld wijd meer dan 1000 verschillende rassen bekend. In het jaar 1492 was er al een Litchi rassenlijst in de Chinese provincie Guangdong met 40 verschillende variëteiten. Alleen al binnen China waren er meer dan 300 variëteiten bekend in die tijd. Vandaag de dag wordt het aantal commercieel belangrijke Litchi rassen in China geschat op ca. 570.

Enkele ras  omschrijvingen.
In Zuid Afrika en Madagaskar is het belangrijkste ras de ‘ Kwai Mi’ die lokaal ‘ Mauritius’ wordt genoemd. Daarnaast zijn het de rassen ‘Madras’, ‘ Hak Ip’, en ‘Brewster’ die voor export geschikt zijn.
Al deze rassen, die onderling aan elkaar verwant zijn, bezitten de juiste eigenschappen zoals; royale maat 3 tot 4 cm., Smakelijk vruchtvlees met een zoet kruidig aroma. Indien op het juiste moment geoogst, dus niet te vroeg, geschikt voor export.