Groenten – met een ‘A’

Aardamandel

Aardamandel of Knolcyperus
Cyperus esculentus – ( Cyperaceae)
Nederlands: Aardamandel – Knolcyperus
Frans: Amandes de terre
Engels: Nut grass, Yellow nutsedge, tigernut sedge, Earth almond
Duits: Erdmandel, Tigernuss,
Spanje: Chufa

 

Deze plant komt van oorsprong uit het Middellandsezee gebied.

In het oude Egypte werden de knolletjes al geteelt en in de achtste eeuw door de Arabieren naar Spanje gebracht.

Vanaf 1920 worden de knolletjes aangeboden door zaadleveranciers in Nederland en België

De kleine bruine knolletjes zijn ca. 3 cm groot en zijn na een periode van drogen rauw eetbaar.

Ook zijn deze smakelijk te roosteren of te verwerken in salades. De smaak van de geroosterde knollen doet aan amandel en hazelnoot denken. In Spanje worden ze ook verwerkt in  de Horchata een melkachtige drank.

De knolletjes bevatten ca, 25 % vet – 30% zetmeel – 7 % eiwit.

Bij de volkstuinder is het een dankbaar gewas.

Lang niet elke vollegrondteler is blij met de Aardamandel. Bij de teelt van Aardappel, Mais of Gladiolen wordt de Aardamandel beschouwd als onkruid . De vermeerdering is voornamelijk langs vegetatieve weg. De knolletjes zijn winterhard en lopen in het voorjaar weer uit.

 

Aardbeispinazie of Aardbeimelde

(Chenopodium capitatum)

Ganzevoet geslacht uit de Amarantenfamilie Enkele botanici delen de aardbeispinazie in het genus Blitum ( Blitum capitatum syn. Blitum virgatum.)

Herkomt vermoedelijk uit Oost- Azië, eveneens komt dit gewas voor in het Middellandsezee gebied o.a. de bergen van Spanje en Portugal. Ook in Noord en Zuid Amerika komt de aardbeispinazie voor, waarbij het niet duidelijk is of dit inheems dan wel geïmporteerd is.

Naamgeving:

Nederlands: Aardbeimelde, Aardbeispinazie, Bergspinazie,
Frans: Epinard –fraise
Duits: Erdbeerspinat, Ährige Erdbeerspinat, Kopfiger Erdbeerspinat
Engels: Blite Goosefoot, Strawberry Goosefoot, Indian paint, Indian ink, Strawberry Spinach, Strawberry blite,

De groente is in Nederland al in de jaren dertig van de vorige eeuw verdreven door
Spinazie (Spinacia oleracea L.). Het kweken van aardbeispinazie is relatief eenvoudig. Maar het oogsten is handwerk, terwijl spinazie machinaal geoogst kan worden is het oogsten van aardbeispinazie tijdrovend dus kostbaar.

Verder is de oogst van de kleine rode schijnvruchtjes eveneens handwerk. Deze vruchtjes kunnen pas geoogst worden als ze rood en rijp zijn . De schijnvruchten bestaan uit de gezwollen bloembodem, en vormen bij de aardbeispinazie een omhulsel om de kleine zwarte zaden.

De aardbei spinazie is nu nog een echte volkstuinders groenten. Maar wellicht komt deze weer terug op het menu van de consument als de handel zich weer ontfermt over deze bijzondere groenten. In de betere horeca zaken is weer belangstelling, niet in de laatste plaats door de fijne smaak van het blad en de decoratieve uitstraling van de rode schijnvruchtjes.

Het blad kan zowel rauw als gekookt gegeten worden. De smaak van het blad laat zich het beste omschrijven als fris en licht nootachtig. De schijnvruchtjes zijn mooier dan lekker te noemen, wat bietachtig tot gronderig. Verwerkt in een gelei of moes en op smaak gebracht is het een verrijking op het bord. Aardbeispinazie is rijk aan: eiwit, caroteen, calcium, kalium en ijzer.

Na de oogst zijn de jonge blaadjes en de schijnvruchtjes bij een temperatuur van ca. 2°C. enkele dagen te bewaren.

De teelt in Nederland en België:

Zaaien vanaf oktober in de volle grond, de eerste oogst is dan in april.

Bij een zaaitijd in februari in de volle grond is de eerste oogst in juli. Door in augustus te zaaien is er alleen nog blad te oogsten tot november, bij de eerste nachtvorst sterft de plant.

In de kas kan er een jaarrond geteeld worden.

Ganzevoet familie omvat meer dan 250 soorten en variëteiten. Een groot aantal leden van deze familie is geschikt voor menselijke consumptie. O.a. Bieten, Snijbiet en Brave Hendrik.

Rode aardbeispinazie (Chenopodium foliosum) Komt in Nederland voornamelijk in het wild voor op de kalkrijke duinen aan de Noordzeekust. Het gebruik is gelijk aan Aardbeispinazie .

 

 

Overige leden uit de Ganzevoet familie :

Chenopodium album ( Melganzevoet)

Atriplex hortensis ( Tuinmelde)

Chenopodium ambrosioides L. (Mexican tea) Caribbean

Chenopodium bonus-henricus (Brave Hendrik)

Chenopodium quinoa (Quinoa)

Chenopodium pallidicaule ( Canahua, Canagua zie Quinoa)

Chenopodium nuttalliae (  Foodindustrie)

 

Aardpeer

Unicode

 

(Helianthus tuberosus) Compositae  
Ook bekend als:
Nederland: Topinambur – Topinambour
Duits:         Erdbirne – Wildkartoffel – Indianeknolle.
Frans:        Topinambour -Jerusalemartischoke
Engels:      Topinambour – Jerusalem Artichoke –  Sunchoke
-Kaichue penauk  (in USA Virginia).
Marokkaans: Mqualli

P1000200 AArdpeer-©

Aardpeer, ook wel Jerusalem Artisjok genaamd of Topinambour, is afkomstig uit Noord-Amerika. De onregelmatig gevormde knollen zijn blank of violet van kleur met een dunne huid die niet verkurkt. De knollen hebben een laxerende werking. De teelt van de Aardpeer is ook in opkomst in ons land, omdat aardpe­ren verwerkt kunnen worden tot alcohol, fructose en meel.
Er zijn verschillende soorten die Blank, Violet of  Rood van schil.
Topinambur /Aardpeer wordt niet onder rasnaam verkocht.
De knollen worden geteeld in Amerika, Frankrijk, Duitsland, Nederland en Zuid-Afrika.
De belangrijkste aanvoer tijd ligt tussen Oktober en Maart.
Bij de aankoop letten op uitgedroogde en gekiemde knollen, dit beïnvloedt nadelig de con­sumptie-kwaliteit.
Bij voorkeur gekoeld bewaren
0-1°C, 90-95% R.V.: 2-3 maanden, afdekken tegen uitdrogen.
Jonge knollen hoeven niet geschild te worden, koken en bakken of verwerken tot puree; gesnipperd rauw eten.
Vullen met gekruid fijn vlees of pikante geraspte kaas of vlees en kaas; in de oven met een temperatuur van 380°C in een half uur gaar laten worden.
Voedingswaarde:  Per 100 gr: 311 kj/74 kcal;
16 g koolhydraten,           2,5 gr eiwit;
0,4  vet;                           10 mg calcium;
3,7 mg ijzer;                     4 mg vitamine C.
Enkele rassen :
Bianka Een vroeg ras, dat al in oktober te koop is.  De blanke knollen zijn vrij onregelmatig van vorm.
Topianka Middelvroeg ras, redelijk produktief en met mooie, blanke knollen.
Rozo Laat en tamelijk onproduktief ras. dat pas in de winter kan worden geoogst.  De knollen zijn blank en mooi van vorm.
Waldspindel Laat maar zeer produktief  ras met langwerpige , violet gekleurde knollen die veel inuline bevatten.   Dit ras wordt vooral ge­bruikt door de verwerkende industrie.
Enkele rassen die in de USA veel voorkomen ,en in Europa dienen als uitgangsmateriaal voor nieuwe rassen zijn o.a. :
Dave’s Shrine , Judy’s Red, Wolcottonian Red  uit Vermont USA
Maine Giant  , Smooth Garnet, Stampede uit Maine USA
Uit Frankrijk zijn afkomstig de Fuseau , de Dwarf Sunray en de Golden Nugget.Zoals de namen al aangeven zijn deze laatste twee rassen lang geleden uit Amerika naar Frankrijk gebracht.

 

Andijvie

P1070779-BorderMaker

 

Andijvie (Cichorium endivia L. var. latifolia Lam. ) Compositae vb/169/757/
Engels:        Broad leaf and curled endive
Frans:         Chicorée scarole et chicorée frisée
Duits:          Endivie, Eskariol und krause Winterendivie
Italiaans:    Endivia , Scarole
Spaans:      Escarola
Deens :       Endivie
Zweeds:     Endivia
Andijvie behoort tot de familie der Compositeae(Samengesteldbloemigen) en, evenals cichorei,witlof en sla , tot het geslacht Cichorium. Er zijn drie varieteiten bekend t.w.: 1.var.crispum Lam. dit is de kroesbladige 2. var.endivia, de snij andijvie 3. var. latifolia Lam.  de breedbladige andijvie. De gecultiveerde andijvie is een afstammeling van Cichorium pumilum Jacq. die in het Middellandse zeegebied in het wild voorkomt.
Deze plant komt voor van Spanje tot en met Turkestan in centraal Azie . Het woord cichorium is afkomstig van het Griekse woord kichora of kichore wat is afgeleid van de woorden kio (=pad of weg) en chorion (=land) . Dit duidt op de standplaats. Het woord endivia komt waarschijnlijk van het Arabische woord hendibeh. Bij de Grieken en Romijnen was de andijvie reeds bekend. De botanicus Fuchs(1543) beschreef een breedbladige en een smalbladige cichorei .In Engeland was er al een professionele teelt van andijvie in 1548. In de verschillende kruidenboeken wordt de andijvie uitvoerig beschreven o.a. door Dodonaeus in 1554 en door Tabernaemontanus in 1588.Het bleken van de hartbladen was toen gebruikelijk om de krop mals en minder bitter te laten smaken. Dit bleken werdt met behulp van stro of dekaarde bereikt. Ook het dichtbinden van de kroppen geven het zelfde resultaat.
Andijvie is een bladgroente die het hele jaar wordt aangevoerd. De teelt van Andijvie vindt in Nederland plaats, onder glas en in de vollegrond.
De in de vollegrond geteelde Andijvie wordt vrijwel uitsluitend afgezet op de Nederlandse markt en aan de verwerkende industrie. De onder glas geteelde An­dijvie is bestemd voor export, voornamelijk naar België en Duitsland en voor de Nederlandse markt.
Met name in de wintermaanden wordt er veel Andijvie geïmporteerd uit Italië, Frankrijk en Spanje.
Er bestaan in Andijvie aanzienlijke verschillen in omvang, hetgeen vooral wordt veroorzaakt door verschillen in bladlengte.
De gebruikswaarde van Andijvie wordt bepaald door de malsheid van de bin­nenste gebleekte bladeren. Een krop Andijvie met een goed gevuld geel hart wordt zeer op prijs gesteld door de consument maar ook door de snijderijen waar de Andijvie wordt gebruikt om te worden bijgemengd in verse kant-en-kla­re salades voor kleurvariatie.
Een goed gesloten onderkant met fijne nerven verdient de voorkeur, vooral van belang voor de presentatie. Ook wordt vaak gesteld dat een, goed, gesloten krop Andijvie minder snel last heeft van binnendringende smet. De sappen die voor­komen in de wortelstok en bladnerven zijn de oorzaak dat gesneden Andijvie snel bruin verkleurt op de snijvlakken.

Krulandijvie of Frisee
Krulandijvie of Frisee

Voedingswaarde per 100 gram:
Energie 34 kJ/ 8 kcal.  – Koolhydraten 1 gr.
Eiwit 1 gr.     –   Calcium 20 mg.
IJzer 1 mg.    –    Vitamine A. 1,2 mg.
Vitamine C. 10 mg.
Ongesnede bewaring:
Gekoeld:
0-1°C, 90-95% R.V.: 2 weken;
2-5°C, 99-95% R.V.: ± 5 dagen;
Ongekoeld:
afhankelijk van temperatuur, 90-95% R.V.: 1-2 dagen;
Gesneden andijvie gekoeld:
0-1°C, 90-95% R.V.: ± 3 dagen;
2-5°C, 90-95% R.V.: 1-2 dagen.

Rassen
Nummer Vijf Een heelbladig ras met een goedgevulde krop en vrij korte brede bladeren die groen van kleur en zacht van struktuur zijn. Wordt in de volle grond en onder glas geteeld.
Breedblad Volhart Winter Een heelbladig ras, waarvan het hart pas in een laat sta­dium wordt gevuld.  De bla­deren zijn vrij lang en smal, donkergroen van kleur en tamelijk stug.  Geschikt voor de herfst- en winterteelt onder glas.
Golda Een sneigroelend, heelbladig ras met een wat losse krop en lange, vrij smalle bladeren, die groen tot lichtgroen van kleur ziin.  Is geschikt voor de glasteelt.
Gèante Maraîchère Een heelbladig ras met een matig gevulde krop.  De bladen zijn vrij lang en breed en hebben een normale, groene kleur.
Pancalière Een sterk gekruld ras met een compacte groeiwijze   De krop is plat en goed gevuld.  Dit ras is niet geschikt voor een koel en vochtig zeeklimaat en wordt daarom vooral geimpor­teerd.
Wallone Frisan Een fors­groeiende krulandijvie met vrijlang  Opgaand en ingesneden groen blad.In tegenstelling tot het vorige ras kan Wallone Frisian wel worden geteeld in een koel en vochtig klimaat.  Een bekende selec­tie van dit ras is President.
Scarole Verde a Cuore Pieno.Van het type breedblad volhart, Meestal als import uit Italie
Verder nog rassen als: Bubikopf – Diva – Jeti .
Zie ook Krulandijvie

 

Antroea

Antroea
Antroea

 

(Solanum macrocarpum)  Solanaceae /1303/169/510/1406/
Frans: Fausse tomate – Antroua
Duits: Afrikanische Aubergine, Antroea
Engels: African Eggplant,Antroea
Indonesisch: Terong pootih
Surinaams creools: Antroewa

 

De antroea is van oorsprong afkomstig uit Afrika,In de meeste landen in Afrika is de Antroea inmiddels bekend. In Zuid oost Azie ,Maleisie en Indonesie is de Afrikaanse aubergine bekend.Vermoedelijk is de Antroea een direkte afstammeling van de wilde aubergine.Het vermoeden bestaat dat de huidige gekweekte aubergine weer ontstaan zijn uit de Antroea,waar of niet? Wel is bekend dat de Antroea vaak gebruikt wordt om nieuwe rassen te telen.Maar nu over de  Antroea zelf.  De vrucht lijkt wel wat op een vuilwitte tomaat maar de kelkbladeren zijn wat groter. Bij rijpheid kleurt de vrucht tot witgeel.
Het vruchtvlees is wit en bevat veel zaden. Citroensap voorkomt verkleuring van het vruchtvlees.
Komt van nature voor in Afrika en Azië. En is een jaarrond in Nederland verkrijgbaar
Let op bij aankoop op gave en onbeschadigde vruchten.
Niet gekoeld goed houdbaar voor enkele dagen.
Gebruik:
In dunne plakken snijden en in olie bakken met garnalen, blokjes ontbijtspek, Ui, Knoflook, Tomaat en verse Peper.
Op smaak brengen met zout, zwarte peper en citroensap.
Voedingswaarde per 100 gram.
Energie: 176 kJ/42 kcal           –    Eiwit: 4,8 gr.
Calcium: 525 mg       –   IJzer  6,0 mg.
Vitamine A: 6,4 mg
Goed om te weten:
In Nederland zijn meestal onrijpe vruchten te koop, deze zijn iets bitter van smaak.

 

 

Artisjok

Unicode
(Cynara scolymus L. )   Compositae  vb/ 510/169/638

Engels: Artichoke, Globe Artichoke
Frans:  Artichaut
Duits:   Artichocke
De Artisjok is een groente die men al honderden jaren kent. Men eet de schub­blaadjes van de bloemknop en de bloembodem. Kardoen (Cynara cardunculus) is de naam van een plant die geen Artisjok is, maar er wel op lijkt. Van deze plant eet men het gebleekte blad en de bladstelen. De bloemknop van de sierar­tisjok is ongeschikt voor de consumptie.
De herkomst van de artisjok ligt in het Arabisch schiereiland,en vandaaruit verspreidt naar de Middellandse zeelanden  , Turkije  en Iran.
Thans zijn de belangrijkste telers te vinden in Italie,Frankrijk met Bretangne als middelpunt.Ook Israel,Algarije,Marokko,Iran en USA kennen  een bloeiende artisjokken cultuur.
Sinds mensen heugenis is de artisjok een aristocraat onder de groenten.Je kunt niet snel even een artisjok eten,dus ongeschikt voor de arbeider die wel mocht eten in de tijd van de baas ,mits het maar snel ging.
In de 19e eeuw in Engeland was het een teken van welstand als je je gasten uitnodigde op een artisjokken party.
De artisjok die wij eten is de ongeopende bloemknop van de plant.Er is een grote verschijdenheid aan rassen met evenzoveel verschillende vormen en kleuren. Van helder groen tot dieppaars en alles daar tussen. En in de vorm van bolrond tot tulpvormig.
Artisjokken zijn het jaarrond in Nederland verkrijgbaar met een top aanvoer van juli tot november.

Gebruik:
De verse artisjok ontdoen van de steel,de bloemknop koken in ruim water met wat zout en citroensap.Gebruik voor het koken geen aluminium pan gebruiken, dan worden de artisjokken zwart.Om te voorkomen dat de artisjok gaat drijven leg er een bordje op.De kooktijd is afhankelijk van het formaat tussen de 30 en 50 minuten.Let op dat de artisjok vers is,geen bruine punten heeft. Een uitgedroogde artisjok wordt nooit meer gaar.
Als de artisjokblaadjes gemakkelijk loslaten, is de groente gaar. De gare artisjok uit de pan nemen en laten uitlekken.  De artisjok kan warm maar ook koud gegeten worden. Het gaat om de blaadjes die je van de knop plukt en al dan niet door een sausje haalt en dan uitzuigd.Het binnenste is niet eetbaar ,dat is het hooi of stro genoemd.Dit verwijderen en dan blijft er de heerlijke bloembodem ” het hart”  over. Samen met de saus,een heerlijke afsluiting.

Bewaren:
De artisjok bewaren bij een temperatuur van 0 tot 2° C en een RV van 95%.Een tot twee weken is mogelijk.
Als consument zou ik de artisjok in een natte doek wikkelen en in de koelkast bewaren.Maar niet langer dan een week.
Voedingswaarde per 100 gram
Energie: 294 kJ/70 kcal    –    Koolhydraten: 15 gr.
Eiwit: 3 gr.            –           Calcium: 50 mg.
IJzer: 1,0 mg.         –           Vitamine C :   5 mg.
Rassen
Camus de Bretagne: Grote planten (tot 1.30 cm) met een brede, dikke bloembodem.  De stompe bloemschubben zijn overwegend groen, met aan de randen een violette verkleuring.  In ons land het belangrijkste import produkt.
Groene van Laon :Middenvroeg ras met brede en dikke bloemknoppen en spits toe­lopende bloemschubben.  De kleur is groen, soms lets violet.
Violette of Vroege PaarseEen vroeg ras met een smalle, dikke bloembodem en iets spits toelopende bloem­blaadjes.  In jonge toestand zijn de bloemknoppen  groen, later worden ze violet.
De Spinozo is ovaal van vorm, groen van kleur met paarse strepen.

 

Asperge

Asperges in bak met koelwater
Asperges in bak met koelwater

 

(Asparagus officinalis L. )  Liliaceae
Engels: Asparagus
Frans: Asperge
Duits :Spargel
Italiaans: Asparago
Spaans:Esparrago
Deens:Asparges
Zweeds: sparris
Asperges worden voornamelijk geteeld op de betere zandgronden, omdat deze grondsoort een mooie rechte stengel garandeert. Aspergestengels worden geoogst van een plant, die tijdens de winter niet dood gaat; het is een zogenaamde vaste plant.
De benodigde plantjes om een aspergeveld aan te leggen worden uit zaad opge­kweekt.
Het duurt 1 tot 3 jaar voor men van Aspergeplanten kan oogsten.
Het is in ons land gebruikelijk met de oogst te stoppen op 21 juni om daarna de plant gelegenheid te geven reservevoedsel te vormen en het op te slaan voor het volgende seizoen.
In Nederland zijn de witte Asperges de belangrijkste.
Het forceren van asperges neemt toe; vanaf eind januari worden kasasperges aangevoerd; de vervroeging door middel van plastic folie is algemeen ingebur­gerd.
In Nederland worden Asperges geteeld in de volle grond en in de kassen.
Met name de laatste jaren is er een toenemende belangstelling om Asperges in kassen te telen.
Een voordeel van de teelt onder glas is de geringe arbeidsbehoefte buiten de oogstperiode en de eenvoudige verzorging en ziektebestrijding tijdens de teelt.
Telen met bodemverwarming is aan te bevelen, anders zou een groot deel van de produktie gelijk met de Asperges van de vollegrond op de markt komen, waardoor de prijzen aanmerkelijk lager zijn.
Om voldoende vroeg te kunnen oogsten moet met het opstoken vaak begin maart worden begonnen. Wil men echter voor de feestdagen in december een goede produktie, met zeer hoge prijzen, dan zal het opstoken in november moe­ten beginnen. Als voldoende produktie is behaald wordt in januari de verwar­ming afgezet en gaan de planten opnieuw in rust tot begin april.
De Asperge-plant heeft geen koudeperiode nodig om te kunnen produceren.
Vollegrondsasperges worden voornamelijk geteeld op de betere zandgronden. De belangrijkste produktiegebieden zijn het Midden- en Noord-Limburg en Noord-Brabant.
De aan het geoogste produkt gestelde eisen zijn: Helderwit, dik, recht, een goed gesloten kop, geen insnoering onder de kop, weinig opvallende schubben op de steel en geen holle stengels.Naast de teelt van witte Asperges is de teelt van groene Asperges in opgang,
Groene Asperges zijn minder ve­zelig en hebben een sterker aroma dan witte Asperges.Voor de telers  van groene asperges is het een voordeel dat de te oogsten stengels boven de grond uit­groeien waardoor de oogstprestaties hoger liggen.
Doordat de planten geen weerstand ondervinden van de grond produceren groe­ne Asperges dunnere stengels dan de witte Asperges, waardoor de opbrengst be­duidend lager ligt.
De belangrijkste eigenschappen die de waarde van de groene Asperges bepalen zijn:
vroegheid, produktie, dikte van de stengel en gevoeligheid voor het optreden van holle stengels, gescheurde stengels en losse koppen. Voor groene Asperges zijn de sluiting van de kop en de dikte van de stengel zeer belangrijk.
Voedingswaarde  Witte Asperges per 100 gram.
Energie: 88kJ/21 kcal         –     Koolhydraten :  3 gr.
Eiwit: 2 gr.      –        Vet: 0,1 gr.
Calcium: 20 mg.     –      IJzer:  1 mg.
Vitamine C: 20 mg.      –      Vitamine PP: 0,6 mg.

Asperge sortering
Asperge sortering

Bewaren:
Asperges kunt u het beste bewaren in koud stromend water,daar dit niet altijd mogenlijk is onderstaande adviezen.
Onverpakt gekoeld:
0-1°C, 90-95% R.V.: ± 2 weken;
2-5°C, 90-95% R.V.: 3-7 dagen.
Verpakt ( poly) gekoeld:
0-1°C, 90-95% R.V.: ± 7 dagen;
2-5°C, 90-95% R.V.: 3 à 4 dagen.
Ongekoeld:
1 dag.

Tip voor de consument.
Wilt u de asperges enkele dagen bewaren? Wikkel deze dan in een natte doek en leg dit  in de koelkast.

Rassen:
De rassen die momenteel geteeld worden zijn praktisch alle mannelijke hybriden. De voorkeur voor mannelijke hybriden is dat deze een hogere opbrengst geven en een sterker gewas geven.In Nederland worden zowel Nederlandse als rassen van buitenlandse herkomst geteeld.
Roem van Brunswijk: Dit Duitse moederras levert stevige stengels.Het is een tamelijk laat ras. Wordt veel gebruikt om te kruisen.Veel “lim” rassen zijn hiervan afgeleid.
Backlim: Een late hybriden met een zeer dikke ,en witte stengel.Geeft weinig holle stengels en losse koppen.
Boonlim: Dit is een middevroeg ras,met dikke witte stengels.
Gijnlim: Deze zeer vroege hybride geeft over het algemeen matig dikke stengels. Heeft geen last van holle stengels en losse koppen.
Lucullus II , Rekord, Sieg, Limburgia en Argenteuil zijn enkele van de overige rassen die in Nederland geteeld worden.

 

Aubergine

Paars en Wit
Paars en Wit

 

(Solanum melongena L.) Solanaceae  /1303/169/757/1406/
Engels:eggplant,aubergine
Duits:Eierflanze,Eierfrucht,Melanzana,Spanische Eier,aubergine
Frans:aubergine
Italiaans:Melanzana
Spaans:berengena
Deens: aubergine,ægplant,ægfrugt.
Zweeds: äggplanta,aubergine
Antilliaans: Beregein
Chinees: Ai gwa
Indonesisch: Terong
Marokkaans: Zaalouk
Suriaams Creools: Boulanger – Beranger
Surinaams Hindoestaans: Bhata
Turks: Patlican
Van oorsprong zijn er twee herkomstgebieden n.l. subtropische of tropische India en China.De oudse beschrijvingen dateren uit de vijfde eeuw en komen uit China. Hoewel de plant uit China en India afkomstig is is deze al meer dan 1500 jaar in de Arabische en Zuid Europesche landen bekend.Het ontbreken van Griekse en Romeinse namen,wijst er op dat de Arabieren de aubergine na de Romeinse tijd naar het Middellandse Zeegebied hebben gebracht.
De Arabische naam is melongena, hetgeen we nog terug vinden in de Latijnse naamgeving.
In Europa fungeerde de aubergine eerst als sierplant,met kleine eivormige witte vruchten.De naam “Eiervrucht” is dan ook een logische aanduiding.In de 13e eeuw is er in Nederland al over de aubergine geschreven.In Duitsland importeerde men al rond 1550 aubergines uit Italie. De omschrijvingen gaan van rondovaal tot langwerpig en met kleuren van vuilgroen via wit naar geel en oranje.En van Bruin naar violet en paars. Het waren de Spanjaarden die al voor 1650 de Aubergine naar Zuid Amerika en Noord Amerika brachten .
De Aubergine wordt in Nederland onder glas geteeld, omdat de plant tijdens de groeiperiode zeer veel warmte nodig heeft.
Van oorsprong is de Aubergine wit van kleur en had de vorm van een kippeëi, vandaar ‘de vrucht van de eierplant’.
De nu geteelde Aubergines zijn verschillend van vorm en kleur, zo zijn er ronde en langwerpige, witte, rode, violette en zwarte Aubergines.
De Aubergine is een warmte minnend gewas en wordt daarom in Nederland hoofdzakelijk geteeld in stook-kassen.
De aubergine wordt gegeten met schil,koken,bakken ,stomen of wokken.
Gevuld met gehaktvlees of met een vegetarische vulling,even in de oven,samen met rijst of pasta.
Bewaring:
De aubergine is gevoelig voor uitdrogen,bij voorkeur afdekken met folie.
Gekoeld onverpakt ;    10-13°C, 90-95% R.V.: 1-2 weken.
Ongekoeld verpakt :   afhankelijk van de temperatuur: 5-6 dagen.
Gekoeld verpakt:    10-13°C, 90-95% R.V.: 7-10 dagen.
Aubergine is gevoelig voor LTB ,niet opslaan beneden de 10 ° C.
Aubergines niet opslaan bij ethyleenproducerende vruchten zoals b.v. Ap­pelen, Peren, Bananen en Tomaten.

Het aantal rassen is legio.Elk jaar komen er nieuwe variëteiten op de markt.
Adona: Langovale vrucht enigzins peervormig,donkerpaars met frisgroen gekleurde kelkblad.
Cristal: Een wat gedrongen vrucht donkerpaars met donkergroen kelkblad.
Havana: Peervormige lange aubergine,glanzende dieppaarse schil met frisgroen kelkblad

Diverse vormen en kleuren
Diverse vormen en kleuren

 

Zie ook : Antroea

 

Augurk

Unicode

( Cucimis sativus L.)  Cucurbitaceae /1303/510/757/
Engels: Gherkin, pickling cucumber(verwerkt)
Duits:   Gurke,Gewürzgurke, Einlegegurke,Essiggurke(verwerkt)
Frans:  Cornichon
Italiaans:Cetriolo,cetriolino
Spaans:Pepinillo
Deens:  Agurk
Zweeds:Gurka
De augurk behoort tot het geslacht Cucumis L. en de onderfamilie Cucurbiteae(komkommerachtigen) van de familie der Cucurbitaceae (komkommerfamilie).Het geslacht Cucumis L. omvat bijna 40 soorten. Het merendeel is van Afrikaanse herkomst:slechts twee soorten uit India en één uit Zuid Amerika zijn bekend.Van deze 40 soorten zijn er slechts drie van belang in de AGF sector.De Augurk de Komkommer en de Meloen.
De Augurk is een groentevruchtgewas dat in de vollegrond en onder glas wordt geteeld. De Augurk is nauw verwant aan de Komkommer, er is echter één be­langrijk verschil, de gangbare Komkommer-rassen zijn parthenocarp, hetgeen betekent dat de vruchten zonder bevruchting, dus zonder zaadzetting, uit­groeien. Bevruchting gevolgd door zaadzetting heeft als resultaat dat de Kom­kommervruchten zo goed als waardeloos zijn voor consumptie en verwerking.
Hoewel er ook parthenocarpe augurkenrassen zijn, is voor de meeste augurken­rassen, die onder glas worden geteeld zaadzetting een voorwaarde voor de uit­groei van de vruchten.
Ongekoelde bewaring ± 4 dagen; Augurken zijn erg gevoelig voor L.T.B., geelverkleuring en schimmel.Augurken worden vrijwel uitsluitend voor de verwerkende industrie geteeld.
Voornamelijk voor de inleg in zuur en zoetzuur; de ingelegde augurken gebrui­ken voor o.a. garnering, borrelhapjes en rolmops.
Geconserveerd in blik, glas, piccalilly, rauwkosten en zure bommen die uit de hand worden gegeten.